Sierpleister

Sierpleister bestaat uit mortel die ter afwerking en versiering in een dunne laag op een muur wordt aangebracht. Het heeft een rustige en regelmatige korrelstructuur, die de muur niet alleen versiert, maar ook beschermt tegen vocht. Dit omdat Sierpleister gewoon blijft ademen en de muur dus niet verstikt. De pleister wordt in verschillende korrelgroottes geleverd, meestal van een fijne 1mm tot een grove 6mm. De vorm van de korrel bepaalt voor een groot deel te uiteindelijke structuur van de wand; ronde korrels rollen tijdens het aanbrengen en geven de muur een gegroefd uiterlijk (‘schorspleister’). Hoekige korrels geven de muur daarentegen een rustiger, Sierpleister is verkrijgbaar in een groot aantal kleuren (het materiaal is mengbaar) en kan, indien de kleur niet langer bevalt of vervuild is door rook, met latex worden overgeschilderd.

Soorten sierpleister

Er zijn twee hoofdsoorten sierpleister; pleister op basis van gips en pleister op basis van kunststof. Kunststof pleisters zijn meestal gebruiksklaar, terwijl natuurpleisters eerst aangemaakt moeten worden. Een andere onderverdeling die je vaak tegen komt, is op basis van de eigenschappen van de korrels. We onderscheiden de volgende soorten:

  • Schors- of groefpleister: deze pleistersoort heeft ronde korrels. Omdat deze korrels tijdens het aanbrengen over de muur worden gerold, ontstaan er groeven in de mortel. Dit geeft een unieke structuur, die per muur verschilt. Wordt ook wel dekorputz genoemd.
  • Spachtelputz / granol: deze soort bevat hoekige korrels die tijdens het afwerken niet rollen. De korrels blijven naast elkaar staan, wat over de gehele muur een korrelig, bobbelig effect geeft. De korrelgrootte bepaalt in welke mate de structuur er grof of fijn uit ziet.
  • Gladde pleister: een gladde pleister bevat geen of slechts een hele fijne korrel. Er zijn verschillende vormen van structuur mogelijk met gladde pleister; met een troffel kunnen ‘vegen’ gerealiseerd worden, terwijl een roller gebruikt wordt voor een egale, strakke afwerking.
  • Natuursteen sierpleister: deze pleistersoort, ook wel buntsteinputz genoemd, bestaat uit mortel waarin kleine (gekleurde) steentjes zijn opgenomen die het geheel een natuurlijke uitstraling geven. Wordt binnenshuis bijna niet meer toegepast, maar is buiten en in grotere bouwen nog wel te zien.

De ondergrond

Pleisteren is een pittige klus, die zelfs door ervaren klussers vaak wordt uitbesteed aan een specialist. Wilt u het toch zelf proberen, zorg er dan in de eerste plaats voor dat de ondergrond in orde is. De ondergrond moet schoon, egaal en stevig zijn. Gebruik een speciaal grondmiddel om dit te bewerkstelligen en om ervoor te zorgen dat de pleister optimaal hecht. Geschikte ondergronden zijn (poreuze) baksteen, kalkzandsteen, beton en pleister. Let erop dat de zuigende werking van de muur niet te sterk is, omdat anders het water al uit de pleister wordt onttrokken voordat dit kan hechten. Dit is bijvoorbeeld het geval bij cellenbeton, waarvoor speciale pleisters zijn. In ruimtes waar het in de regel relatief vochtig is (badkamer, keuken), is een cementpleister vereist, omdat de pleister anders zelf vochtig kan worden en loslaat. Gebruikt u hout als ondergrond, gebruik ook dan een speciaal voorstrijkmiddel. Kies in alle gevallen voor een middel van hetzelfde merk als de plesiter die u aanbrengt. Dit voorkomt problemen met hechting of verkleuring.

Sierpleister aanbrengen

Bij het daadwerkelijke aanbrengen van de sierpleister moet u in de gaten houden, dat de gebruikte werktuigen en de uitgeoefende druk een grote invloed hebben op het eindresultaat. Probeer bij groefpleisters het materiaal ongeveer op de dikte van de korrel aan te brengen en uit te smeren. Op deze manier krijgt u een optimale rolbeweging in de korrel en dus een goede structuur. Gebruikt u gladde pleister, houd dan in de gaten dat het motief voor een groot deel afhangt van de door u gebruikte hulpmiddelen. Wilt u een gladde en naadloze muur, gebruik dan een roller. Gaat u liever voor een klassieke en ruwe ‘veegstructuur’, gebruik dan een troffel en brengt de pleister met een licht draaiende beweging in vegen aan.

Pleister droogt relatief snel, dus breng de eventuele structuur bij voorkeur binnen een kwartier na het aanbrengen aan. Doet u dit niet, dan hardt de pleister uit en kunt u geen structuur meer aanbrengen. Doe het gehele oppervlak in één keer (dit voorkomt lelijke aanzetten) en behandel het gehele oppervlak het liefst alleen. Werkt u n een tweetal, dan is de kans groot dat uw partner een nét andere techniek en druk gebruikt dan u en daarmee een andere structuur neerzet. Dit valt op!

Een vakman inschakelen

Als het ondanks het bovenstaand advies nog niet wil lukken, kan het raadzaam zijn een expert in te schakelen. Plaats op werkspot geheel gratis en vrijblijvend een klus, en de vakmannen komen naar je toe!

5 gedachten over “Sierpleister”

  1. Prachtig artikel! Ik wist nog niet dat er 4 soorten waren. Heb altijd gedacht dat er 3 soorten waren. Echt interessant om te weten dat er ook een natuursteen sierpleister bestaat. Ben nu enkele foto’s aan het bekijken op google van de natuursteen sierpleister, schitterend gewoon!. Kunnen jullie eventueel een filmpje maken over de natuursteen sierpleister en op verbouwtips plaatsen? Volgens mij kan je hier echt veel mensen mee helpen! Alvast bedankt voor deze extra kennis.

    Groetjes,
    Jan

    Beantwoorden
  2. Ik zocht al een tijdje naar de verschillen tussen de soorten plijsterwerk. Goed dat ik ze hier meteen kan vergelijken. Ik denk dat ik zal kiezen tussen gladde pleister of spachtelputz. Vind het namelijk allebei erg mooi.

    Beantwoorden

Plaats een reactie

Share This